- U bent hier:
- home
Organist en Kapellmeister
| 1708 | Verhuizing naar Weimar. Doop van dochter Catharina Dorothea (overleden 1774). |
| 1709 | Verkiezing van het stadsbestuur van Mühlhausen; gastoptreden met een cantate (niet bewaard gebleven). Bezoek van de violist Johann Georg Pisendel aan Weimar. |
| 1710 | Verkiezing van het stadsbestuur van Mühlhausen; gastoptreden met een wederom verloren gegane cantate. Keuring en inwijding van het orgel in Traubach bij Weimar. Geboorte van zoon Wilhelm Friedemann. |
| 1711 | Aanbeveling door hertog van Weimar voor salarisverhoging. |
| 1713 | Uitvoering van de Jagdkantate BWV 208 ter gelegenheid van de verjaardag van hertog Christian van Saksen-Weissenfels. Geboorte op 23 februari van tweeling Maria Sophia en Johann Christoph; Johann Christoph sterft vlak na de geboorte. Op 13 maart wordt Maria Sophia begraven. Neemt deel aan de feestelijke inwijding van de zojuist gebouwde Jacobikirche in Ohrdruf. Uitnodiging om in Halle auditie te doen voor de post van organist in Liebfrauenkirche, gelegen aan de markt, als opvolger van Friedrich Wilhelm Zachow; wordt verkozen op 13 december. |
| 1714 | Ontvangt op 14 januari de benoeming voor de post in Halle maar trekt zijn kandidatuur na ongeveer vier weken in. Benoeming op 2 maart tot concertmeester aan het hof in Weimar tegen een aanzienlijke salarisverhoging. Geboorte van Carl Philipp Emmanuel op 8 maart. Uitvoering op Palmzondag van cantate Himmelskönig, sie willkommen BWV 182, de eerste cantate na zijn benoeming als concertmeester. |
| 1715 | Geboorte van zoon Johann Gottfried Bernhard op 11 mei. Officiële rouwperiode na het overlijden van hertog Willem Ernst. |
| 1716 | Keuring en inwijding van het orgel in de Marktkirche in Halle eind april. Keuring van het orgel in de Augustinerkirche in Erfurt. Overlijden op 1 december van Johann Samuel Drese, de hofkapelmeester in Weimar. |
| 1717 | Uitvoering van een Passion die niet bewaard is gebleven, op Goede Vrijdag in de slotkerk in Gotha. Ondertekent op 5 augustus contract om hofkapelmeester te worden in Köthen. Wordt tussen 6 november en 2 december gevangen gezet in verband met zijn ontslag aan het hof in Weimar. Keuring medio december van het orgel van de Paulinerkirche in Leipzig. |
